De wachtruimte…

Het is een verhaal dat ik vaak hoor. Hoogbegaafde kinderen gaan vaak met grote verwachtingen naar school. Nú gaat het leren echt beginnen. Ze doen hun rugzakje om en staan te springen om te gaan. Op school leren ze helemaal niet de dingen die ze verwacht hadden. Het begint met tellen, kleuren en letters. Is dit het nou? Dat hadden ze thuis al geleerd. Vol smacht vragen ze in de kleuterklas (soms letterlijk, soms via hun gedrag) om extra uitdaging. “Leer mij rekenen, leer mij lezen!” “Dat komt in groep 3…. Je moet even geduld hebben.” wordt er dan gezegd. Het kind zit in de wachtruimte… 

Als hij naar groep 3 gaat – de kleuterschool gaat verlaten – heeft hij wéér het gevoel en de hoop dat het nu gaat beginnen. Inmiddels hebben kinderen vaak zelf niet door dat ze zélf in de tussentijd door hun grote leer- en ontdekkingsdrang zélf al hebben lezen en schrijven. En als dat niet zo is, dan kunnen ze het vaak razend snel. Ik ken kinderen die van cijfers hielden en zichzelf hadden leren rekenen. De sommen in groep 3 waren voor hem een lachertje en hij haakte snel af. Om moeilijkere sommen te mogen doen moest hij leren lezen. Dat was voldoende motivatie, dus hij kon het binnen een maand. Volgens de juf was dit te laat om mee te doen met groep 4. Het kind werd dus weer in de wachtruimte gezet…

Dit gaat door tot en met groep 8. Het kind leert sneller dan andere leerlingen. Eigenlijk zonder dat je het echt ‘leren’ kunt noemen. Soms lijkt het wel alsof hij de kennis zonder enige moeite opslurpt. Waar ander kinderen een schooljaar over doen, doet hij in 2 of 3 maanden. De rest van de tijd brengt hij door in de wachtruimte… Met alle gevolgen van dien. Omdat hij nooit echt moeite hoeft te doen om te leren, leert hij dus ook nooit écht leren. Bovendien raakt hij zijn motivatie kwijt. Drie kwart van het jaar in de wachtruimte doorbrengen is echt geestdodend….

Gaat het dan op het voortgezet onderwijs anders zijn? Dat moét toch wel? Nieuwe vakken, meer variatie! Vaak vertellen jongeren en ouders dat het 3 maanden goed gaat. Die 3 maanden lijkt bijna wel textbook. Dan begint de frustratie. Enerzijds omdat er vakken tussen zitten waar ze écht voor moeten stampen. De echte frustratie die leren met zich mee kan brengen, het moeite doen om dingen te leren, accepteren dat het tijd kost en het niet in één keer gaat…. Dát hebben ze nog nooit eerder geleerd. Aan de andere kant zijn daar de vakken die ze echt leuk vinden – waar ze oprecht in geïnteresseerd zijn. Wanneer de leerkracht nogmaals herhaalt welke stof belangrijk zal zijn voor de toets, lezen zij stiekem verder. Binnen no-time hebben ze de stof voor het hele jaar tot zich genomen. Ze staan te popelen om door te gaan. Waar is het volgende boek? Wanneer kan ik meer leren? Maar de school heeft vaste leerjaren. Bovendien moet je voor alle vakken moet je hetzelfde tempo aanhouden. Daar is hij weer… De wachtruimte. En daar blijf je een vast plekje houden tot je je diploma hebt gehaald (hopelijk!)

Je hebt gelukkig je diploma kunnen halen en start met een studie die je leuk vindt. Dit keer moet het goedkomen. Je bent goed geïnformeerd en de vakken die je krijgt, vind je allemaal reuze interessant. Ok, er zitten er een paar bij waar je hart minder snel van gaat kloppen, maar je snapt welke functie die hebben binnen de studie, dus je hebt genoeg motivatie om je ook hier doorheen te bijten. Vol enthousiasme stort je je op je studie. Binnen no-time heb je meer kennis over je favoriete vakken dan in de boeken staat, omdat je via alle kanalen kennis vergaart. En daar is de klassieke valkuil weer. Je wilt door, je hebt het gevoel dat het nu niet diep genoeg gaat, je hebt het gevoel dat je buiten je studie wellicht meer kan leren. Je begint te twijfelen, maar besluit toch door te gaan. Een diploma is tenslotte best handig in onze maatschappij. Je gaat informeren of het mogelijk is om voor vakken doorbroken leerlijnen te krijgen. Helaas… dat bieden ze niet. En daar is hij weer…. De wachtruimte.

Je diploma is binnen. Vol goede moed, trek je het bedrijfsleven in. Ze moeten toch staan te springen om iemand zoals jij? Gemotiveerd, innovatieve ideeën, leert snel… Dat moet dus goedkomen. En inderdaad, je krijgt al snel je eerste baan. De eerste 3 maanden (daar zijn ze weer!) gaat het goed. Je observeert goed, je kijkt hoe dingen beter en sneller kunnen en leert de organisatie tot in de puntjes kennen. Je weet dat al je collega’s dezelfde missie hebben en allemaal een drive om een goed resultaat neer te zetten. Ze zijn hier immers al jaren vol energie mee bezig! In je enthousiasme en gedrevenheid begin je al je ideeën te delen. Hoe je geanalyseerd hebt dat wat we nu doen wellicht niet het beste is en hoe het beter en sneller zou kunnen. Je hebt het goed onderbouwd, dus iedereen zou blij moeten zijn met zo’n doorbraak, toch? Eh… nee… Je belandt al snel in meerdere conflicten. Je collega’s voelen zich aangevallen. Zij zijn immers al tijden oplossingen voor deze problemen aan het verzinnen en wie ben jij om hen al na 3 maanden te vertellen wat ze allemaal fout doen. Beduusd druip je af… Je bemoeit je maar even niet meer met de processen en hoopt dat ze als ze het uiteindelijk laten bezinken, meer open zullen staan voor je ideeën. In de tussentijd trek je je maar even terug… De wachtruimte in…

Maar het kán ook een feestje zijn!

Als je dit zo leest, klinkt het alsof je als hoogbegaafde gedoemd bent om altijd in de wachtruimte te zitten. Voor veel hoogbegaafden voelt dit ook zo, maar het kán ook anders.

Als we even omdenken, heb jij tijdens je opleidingen of studies als hoogbegaafde vaak 3 kwart van het jaar over om je verder te ontwikkelen. Wat een feest kan dat worden!!! Als doorbroken leerlijnen geen optie zijn, dan zijn er wellicht wel andere mogelijkheden. Ga praten op school of je kunt gaan ‘compacten’. Vraag of je – als je aan kunt tonen dat je de leerdoelen bereikt hebt – de onnodige herhaling mag overslaan. Hierdoor zit je niet meer 3 kwart van de tijd in een lokaal die voelt als wachtruimte, maar kun je die tijd gebruiken om jezelf verder te ontwikkelen. Zoek een plekje op om te leren over onderwerpen die je niet op school krijgt. Start je eigen bedrijf en steek daar de vrijgekomen tijd in. Dat is de perfecte manier om de vaardigheden te leren die je nodig hebt in de rest van je leven! Je kunt er ook voor kiezen om er een studie naast te gaan doen. Het is helemaal niet vreemd om als hoogbegaafde 2 of 3 studies tegelijk te doen en ook op de middelbare school kun je vaak al vakken volgen op de universiteit of online een studie volgen.

Ook na je studie zijn er manieren die beter passen bij hoogbegaafden. Er zijn organisaties waar hoogbegaafden wél floreren. Misschien is een andere werkplek toch beter en kun je vooraf goed kijken of de bedrijfscultuur binnen een ander bedrijf beter bij je past. Veel hoogbegaafden kiezen er uiteindelijk voor om helemaal niet meer voor een baas te gaan werken. Ze willen autonoom kunnen handelen en zelf kunnen bepalen wat ze doen, op welke manier en hoe lang… Misschien past dat ook beter bij jou? Als je het gevoel hebt dat je werk ’te langzaam’ gaat kun je er ook voor kiezen om te gaan werken in deeltijd. Dat kan een win-win zijn voor jou en het bedrijf. Als het jou lukt om in de helft van de tijd het werk goed te doen, zal het bedrijf waarschijnlijk in zijn handjes wrijven. En jij houdt tijd over om meer afwisseling in je leven te creëren. Bijvoorbeeld door er een tweede baan bij te nemen, je eigen bedrijf te starten na je werk of toch nog een studie te gaan volgen.

 

Het hoeft dus allemaal niet zo donker te zijn! Eigenlijk heb jij als hoogbegaafde dus meer mogelijkheden dan anderen. Het enige wat je te doen staat is een fijne manier vinden om hier invulling aan te geven….

Heb je het gevoel dat dit je zelf niet lukt? Onze coaches kunnen jou tijdens dit traject begeleiden.
Weet je niet wat je wilt en wat goed bij jou zou passen (als werk of als studie)? Ook hier kunnen wij je inzicht in geven door middel van een kerntalentenanalyse.

 

 We maken graag gratis kennis met je… Een kennismakingsgesprek is vrijblijvend en kost jou helemaal niets.